logo
logo

' De mens en zijn voedsel '

De natuurwetenschap beschrijft hoe ons lichaam voedingsstoffen opneemt, afbreekt en omzet in lichaamseigen stoffen. Deze visie op voeding lijkt te beperkt.

neer De levensmiddelen en zijn levenskrachten
neer De vertering van voedsel
neer Bewerking en bereiding van voedsel
neer Warmtebron
neer Een goede dagelijkse voeding

We weten allemaal dat wij in ons lichaam voedingsstoffen verbranden, waarbij warmte en energie vrijkomen die wij gebruiken om onszelf warm te kunnen houden en aktief te kunnen zijn. De voedingsstoffen zijn ons ook bekend: koolhydraten, eiwitten, vetten, mineralen, vitamines, sporenelementen en water.

De mens wordt dan immers louter stoffelijk beschouwd en lijkt in feite passief 'overgeleverd' te zijn aan zijn lichaam. Het beeld van 'voeding alleen als brandstof' wordt minder belangrijk, indien we ook met de samenhang van de levensprocessen van de voeding rekening houden. We nuttigen levensmiddelen, dat wil zeggen we eten produkten, die ontstaan zijn in de levende natuur. Van niet levende materie zoals koolstof, waterstof, stikstof, zwavel of keukenzout kan een mens niet leven!

De levensmiddelen en zijn levenskrachten

Het verschil tussen voedingsmiddel en levensmiddel wordt duidelijk als we de vraag stellen: eten we koolhydraten of eten we een appel? We eten een appel, compleet met de levenskrachten die aan de appel zijn vorm, kleur, geur en smaak geven. In de spijsvertering wordt de samenhang, de totaliteit van de appel vernietigd en worden de levenskrachten en de stoffelijke componenten gescheiden. We eten een appel en die bestaat uit meer dan enkel koolhydraten en vitamines. Een appel is niet de som van koolhydraten en vitamines, daarvan kunnen we met geen mogelijkheid opnieuw een appel van maken.
opNaar boven

De vertering van voedsel

Onze plantaardige voedingsmiddelen zijn doortrokken van levenskrachten. In de spijsvertering wordt het voedsel verteerd en komen de levenskrachten van het levensmiddel 'vrij'. Wat is de waarde van deze levenskracht? De levenskrachten maken de mens vitaal. Deze vitaliteit is afhankelijk van de wisselwerking tussen het voedsel en de mens. Als we eten en drinken ontstaat er een wisselwerking tussen ons spijsverteringskanaal en de buitenwereld, het voedsel. Of deze wisselwerking goed verloopt of niet, hangt af van de wijze waarop we verteren.

Iedere voeding moet in de eerste plaats verteerd worden. Als het voedsel niet verteerd wordt is het ziekmakend. Een voorbeeld, als melk direkt in de bloedbaan wordt gespoten is er grote kans dat de betreffende persoon in een levensbedreigende shocktoestand komt. We moeten die ziekmakende krachten van de voeding overwinnen en daar zorgt onze vertering voor. Een oud Arabisch spreekwoord luidt: 'Men eet zich ziek en verteert zich gezond'. Om te kunnen verteren, moet ons lichaam flink in beweging komen, bij elk voedsel op een heel specifieke manier. Dit actief worden van ons lichaam nu maakt ons vitaal. Hoe vitaler een levensmiddel is, hoe meer er een beroep wordt gedaan op de vertering. Als die vertering niet optimaal verloopt, dan kunnen bijvoorbeeld winderigheid, diarree of obstipatie, allergie, misselijkheid, hoofdpijn en /of braken het gevolg zijn.
opNaar boven

Bewerking en bereiding van voedsel

De bewerking en bereiding van het voedsel kunnen een bijdrage leveren aan de kwaliteit van ons voedsel. De bewerking is soms nodig om de houdbaarheid van de produkten te verlengen. Het doel hiervan is om bederf tegen te gaan, dat veroorzaakt wordt door micro-organismen (bacteriën, schimmels en gistcellen), enzymen en/of chemische reakties. De bereiding van voedsel is nodig omdat we niet alle produkten onbewerkt kunnen verteren. Vanuit het gezichtspunt van de eigenheid van de levensmiddelen en de levenskracht van het voedsel, is het van belang deze bewerkingen met mate en met zorg toe te passen en bewerkingen die niet noodzakelijk zijn, te vermijden.

Met de bereiding en bewerking van voedingsmiddelen streven we naar een omvorming van de voedingsmiddelen met zoveel mogelijk behoud van de levenskracht. Dit betekent dat we rekening houden met twee aspecten. Allereerst streven we er naar voedingsstoffen zoveel mogelijk te behouden. Daarnaast willen we ook zoveel mogelijk aansluiten aan de levensprocessen die we in de natuur zien; bij de plant zijn dat de groei-, bloei- en rijpingsprocessen.

Wat gebeurt er tijdens het koken, stomen, fruiten, bakken enzovoort? Bij al deze bereidingstechnieken wordt warmte aan het voedsel toegevoegd, al dan niet met vet, waardoor een aantal produkten beter verteerbaar worden. Eigenlijk liggen deze bereidingstechnieken van voedsel vaak in het verlengde van het rijpingsproces dat zich in de plant voltrok vóór de oogst. Dit rijpingsproces wordt als het ware nog wat verder doorgevoerd.

Het eten van rauwkost betekent een extra krachtsinspanning voor het organisme. Het kan versterkend en stimulerend werken, zoals de armspieren sterker worden door houthakken. We moeten echter oppassen niet te veel rauwkost te nemen, aangezien het gemakkelijk een overbelasting van het organisme kan geven.

Bij de bereiding van de voeding spelen kruiden en specerijen een speciale rol. Het zijn geen voedingsmiddelen. Ze zorgen voor extra smaak en maken het gerecht geuriger. In de voeding zijn ze een welkome aanvulling; ze beïnvloeden vaak de verteerbaarheid positief (bijvoorbeeld karwij bij kool) en stimuleren de stofwisseling.
opNaar boven

Warmtebron

Bij de bereiding is ook de soort warmtebron van belang: er is een verschil tussen gaswarmte, elektrische warmte of stralingswarmte. Gaswarmte is een natuurlijker warmtebron dan electrische warmte waardoor de levenskrachten in het levensmiddel meer intact blijven, het is een andere warmtekwaliteit. Bij de magnetron is er geen sprake van warmtetoevoer: de elektriciteit werkt ín het voedingsmiddel en dwingt de deeltjes tot bewegen, daardoor ontstaat warmte van binnenuit. Dit sluit niet aan bij de levensprocessen, waarbij alle warmte op een milde manier van buitenaf komt. De magnetron wordt als een slecht alternatief beschouwd ten opzichte van het gasfornuis. Warmte verkregen door straling, wordt als onnatuurlijk beschouwd en zou daarom geen plaats in onze keuken moeten hebben.

Bij de conserveermethoden worden activiteiten van bepaalde micro-organismen en enzymen gestimuleerd, verwijderd, geremd of gedood in het voedingsmiddel. Het wordt gedaan vanuit economische en smaakoverwegingen en gebruiksgemak. Ze hebben invloed op de kwaliteit van het voedingsmiddel. Twee voorbeelden: het fermenteren van witte kool en melk, met behulp van melkzuurbacteriën tot zuurkool en yoghurt. Het zijn beide conserveermethoden die de produkten makkelijker verteerbaar maken voor onze spijsvertering zonder in kwaliteit in te boeten.

Het steriliseren van melk i.p.v. pasteuriseren, het doorstralen van champignons en kruiden zijn conserveermethoden die wel degelijk de kwaliteit van het voedingsmiddel aantasten. Het zijn conserveermethoden waarmee voedingsmiddelen minder levenskrachten krijgen. De voedingsmiddelen worden daardoor door ons lichaam niet goed herkend en blijven ons lichaamsvreemd. Met lichaamsvreemd wordt hier bedoeld dat het immuunsysteem ze niet kan herkennen. Als deze voedingsmiddelen door ons organisme niet herkend kunnen worden en tot lichaamseigen substantie kunnen worden gemaakt of kunnen worden uitgescheiden kunnen ze allergische reacties veroorzaken.

Het is dus niet om het even hoe het voedsel bereidt en bewerkt wordt. Dat de tekst niet volledig is en mogelijk meer vragen dan antwoorden oproept, is juist mijn bedoeling. Het gaat erom dat iedereen eens nadenkt over deze bewerkings- en bereidingstechnieken zodat het dagelijkse voedsel met inzicht wordt bereidt en bewerkt.
opNaar boven

Een goede dagelijkse voeding

We zouden iedere dag van een goede maaltijd kunnen genieten. Hoe intenser de zintuigen door de voeding worden aangesproken, des te meer wordt de vertering gestimuleerd. Als voedsel mooi, geurend, lekker en smakelijk is, krijgen we er pas echt zin in.

Voor het eten moet de tijd genomen worden. Er moet voldoende aandacht voor de maaltijd zijn. We kunnen ons beter niet door andere zaken laten afleiden, die ook om vertering vragen, zoals televisie kijken. Uit onderzoek is gebleken dat het eten en tegelijkertijd televisie kijken de vertering aanzienlijk vertraagt. Televisie kijken onder het eten betekent een belasting in plaats van een stimulering voor het lichaam. Er zijn kennelijk grenzen aan ons verteringsvermogen.

Voor een goede vertering is het aanhouden van een vast ritme van de maaltijden zeer ondersteunend. Het lichaam heeft een biologische klok, die zich bij een vast ritme optimaal kan instellen. De lichaamsfuncties zijn dan maximaal gericht op de vertering van de levensmiddelen. Een onregelmatig levenspatroon kost energie.

De vertering van ons voedsel is een individuele aangelegenheid. Iedereen weet dat twee mensen die precies hetzelfde voedsel gebruiken, zich volkomen verschillend kunnen ontwikkelen. De een voelt zich verzadigd, de ander zal steeds hongerig zijn, de een zal gedijen, de ander zal ziek worden, de een wordt dik, de ander blijft mager. Daar volgt ook uit dat op het terrein van de voeding geen enkel dogma goed is. De dagelijkse voeding is dus een individuele aangelegenheid.
opNaar boven


© Jeroen van Wijk - What's cookin'? - - tel 071-5215121 - home
space